Beenbreuk dure les voor Taha: "Ik droeg toen geen scheenbeschermers"

In september 2024 brak Younes Taha zijn scheenbeen tijdens de training van FC Twente. Afgelopen zondag zat hij voor het eerst in zes maanden weer bij de wedstrijdselectie. Hij viel niet in, maar voor de aanvaller was het weer fijn om op de bank plaats te kunnen nemen. Deze week speelt FC Twente een oefenwedstrijd en de verwachting is dat hij hier wel zijn eerste wedstrijdminuten gaat maken.

"Het was heel ongelukkig. Het was de partij aan het einde van de training", blikt Taha terug aan tafel bij VoetbalTijd. "Dan wil je op doel schieten en de verdediger wil hem blokken. Dan zwaai je door met je scheen tegen die van hem." Daarna ervaarde hij een immense pijn. "Ik heb nog nooit eerder in mijn leven zo'n pijn gevoeld. Ik heb op het veld ook overgegeven. Ik werd gewoon misselijk van de pijn."

Recentelijk kwam er een discussie op gang over het dragen van scheenbeschermers na een harde overtreding van Mats Rots op Halilovic. Die laatste droeg wel scheenbeschermers, maar die waren dermate klein dat zijn scheenbeen grotendeels onbeschermd was. Het leverde hem een flink aantal hechtingen op. René Wagelaar vreesde voor de eerste persoon die zijn been zou breken. Die persoon blijkt met terugwerkende kracht Taha te zijn.

"Je ziet het steeds meer voorbij komen: de scheenbeschermers van vroeger zie je steeds minder", zei Wagelaar vorige week. "Het is eigenlijk een showelement, want spelers willen modern zijn en iets doen wat een ander niet heeft. Maar het is levensgevaarlijk. Het gaat nog gebeuren dat er eentje de poot breekt." Taha erkent dat hij geen bescherming droeg op het moment dat hij zijn been brak. "Nee, toen had ik geen scheenbeschermers. Ik had nog nooit in mijn leven met scheenbeschermers getraind." Daar denkt Taha inmiddels anders over. "Dat doe ik nu wel."

De KNVB liet recentelijk al weten dat er geen regels zijn over de grootte van de scheenbeschermers tijdens de wedstrijden. Er staat ook niets geschreven over de grootte en het materiaal dat moet worden gebruikt. Een stukje papier zou in theorie al afdoende zijn om een speler toe te laten tot het veld. "Als er maar iets zit. Dát wordt gecontroleerd. De verantwoordelijkheid wat betreft op welke wijze zij zich beschermen, ligt bij de clubs en spelers zelf. Zij verdienen hun geld met die benen en moeten hun toekomst ermee veilig stellen. Het is aan hen hoe voorzichtig ze daarmee omgaan." Voor het dragen van een scheenbeschermer tijdens de trainingen gelden helemaal geen regels.