FC Twente hoopt via Noabers extra 4 miljoen binnen te halen voor nieuwe spelers

FC Twente hoopt 300.000 euro over te houden aan de transfer van Quincy Promes van FC Sevilla naar Ajax. Daarnaast zijn er nog een aantal spelers die de club geld op kunnen leveren bij een transfer. Van der Kraan noemt hierbij de namen Marko Arnautovic, Hakim Ziyech en Nacer Chadli. Maar om geld aan deze spelers te verdienen moeten ze wel daadwerkelijk een transfer maken.

De vervolgvraag is hoeveel geld FC Twente weer kan herinvesteren. In het saneringsplan staat dat FC Twente bij transferopbrengsten minimaal 20% af moet staan aan de financiers. Dit percentage gaat in staffels omhoog naarmate de transfersommen groter worden.

Van der Kraan laat in gesprek met Ten Voorde en Kuitert ook weten dat één van de grootste schuldeisers een derde krijgt van de transferopbrengsten. Bij elkaar opgeteld houdt FC Twente dan minder dan 50% over om zelf weer te herinvesteren in nieuwe spelers.

[google]

Wie deze grote schuldeiser is wil Van der Kraan niet zeggen. Ten Voorde en Kuitert vermoeden dat het Matias Bunge betreft. De zaakwaarnemer van Jesus Corona die nog 3,7 miljoen euro exclusief rente tegoed heeft van FC Twente. Van der Kraan: "Jullie noemen de naam van Bunge, niet ik. Laat ik zeggen dat Bunge zich altijd correct heeft opgesteld naar FC Twente en dat nog steeds doet. We zijn met hem in gesprek. Hij wil zijn geld terug en daar heeft hij ook recht op."

FC Twente heeft nu de Noabers wederom om hulp gevraagd. Deze keer voor het opzetten van een spelersfonds. De club hoopt hiermee minimaal 1,5 miljoen euro op te halen om te investeren in de selectie. 40 leden zijn gevraagd om twee achtereenvolgende jaren 50.000 euro in te leggen waarvoor ze rente en een risico-opslag terugkrijgen. Als iedereen mee doet gaat het om een bedrag van in totaal 4 miljoen euro. Om dit fonds op te zetten heeft de club niet expliciet toestemming nodig van schuldeiser Bunge.

"We kunnen ook zonder zijn fiat een spelersfonds oprichten, maar dan duurt het langer - maximaal tien jaar in plaats van vijf jaar - eer de deelnemers hun inleg terugkrijgen”, besuit Van der Kraan.