Oosting over vooroordelen bij trainerscursus: "Een jongen van het kamp als eredivisie-coach..."

Wie Joseph Oosting nu aan het werk ziet, kan zich nauwelijks voorstellen dat het hem enige moeite heeft gekost om zijn trainerslicenties binnen te slepen. De coach van FC Twente kende twee succesvolle seizoenen bij RKC Waalwijk, waarna hij nu ook bij FC Twente vaak goed weet te presteren met zijn ploeg. In zijn eerste seizoen behaalde hij een knappe derde plaats, die recht gaf op voorronde Champions League, en kreeg Oosting veel complimenten over zijn tactisch inzicht.

Toch was vroeger niet iedereen zomaar overtuigd van zijn trainerskwaliteiten. Bij het programma Bij Andy in de Auto van Andy van der Meijde geeft Oosting aan dat het lang duurde voordat hij zijn trainerscursus mocht afronden: "Het heeft heel lang geduurd voordat ik mijn diploma mocht halen. Zeker vier of vijf keer. Uiteindelijk kreeg ik de kans. Een jongen van het kamp die hoofdtrainer kan zijn in de eredivisie... Dat komt natuurlijk niet zo vaak voor."

Van der Meijde vraagt hem hierop of dat te maken had met bepaalde vooroordelen: "Ja, zelf denk ik niet zo. Maar op een gegeven moment, na de derde en vierde keer, dacht ik wel echt: wat ik ook doe... Met alle feedback heb ik al iets gedaan. Volgens mij stond ik wel achter. Maar uiteindelijk ben ik erop gekomen, dus daar ben ik blij om."

Van Mo Allach kreeg hij de kans bij RKC, waarvoor hij zijn dankbaarheid uitspreekt. Na een succesvolle periode in Waalwijk kreeg Oosting een belletje vanuit Enschede: "Allereerst was ik al enorm vereerd dat Jan Streuer mij belde. Hij vroeg of ik openstond voor een gesprek bij Twente. Toen was ik opgewonden. De voetbalclub FC Twente is enorm groot, dat wordt wel eens onderschat. De hele regio is rood. Dus daar hoefde ik niet lang over na te denken."