Pahlplatz heeft oplossing voor Orjasaeter-Pjaca-dilemma: Tukker herkent zichzelf in Kroaat

John van den Brom heeft een probleem. Een luxeprobleem welteverstaan, want de oefenmeester van FC Twente heeft maar liefst drie linksbuitens tot zijn beschikking: Sondre Orjasaeter, Marko Pjaca en Naci Ünüvar. Laatstgenoemde moet het doen met een plek op de bank. Aan de rechterkant heeft de trainer de beschikking over Daan Rots en Taylor Booth. Het was volgens de technische staf niet voldoende en als oplossing werd Pjaca aangetrokken. Van nature een linksbuiten, maar een speler die heeft bewezen ook op rechts uit de voeten te kunnen.

Dat Pjaca liever op links speelt, blijkt uit het feit dat de transfer in eerste instantie klapte. Beide partijen waren akkoord, maar bij aankomst in Enschede werd er door kamp Pjaca toch getwijfeld of de rechtsbuitenpositie wel een goede keuze zou zijn. Een week later kwam de transfer alsnog rond en tekende de 30-jarige Kroaat tot medio 2027.

Tegen Ajax en NEC startte Van den Brom met Orjasaeter als linksbuiten en Pjaca als rechtsbuiten, maar tegen FC Groningen zette hij zijn sterspeler op de bank. Even werd gedacht aan een blessure, maar de oefenmeester gaf aan dat het een tactische keuze was en dat zijn voorkeur uitging naar Daan Rots. In de tweede helft verving Pjaca de Noor op linksbuiten en speelde hij nog een klein half uur mee. De vraag is nu wat Van den Brom gaat doen tegen Telstar. Voormalig FC Twente-aanvaller Boudewijn Pahlplatz weet de oplossing.

Switchen van positie

"Ik zou ze allebei opstellen, veel vrijheid geven en constant laten switchen van positie", aldus de oud-speler van FC Twente die zelf van nature een linksbuiten was. Hij speelde echter bijna net zo vaak als rechtsbuiten. "Ik denk dat ik in mijn opleiding en loopbaan net zo vaak vanaf de rechterkant heb gespeeld. Bij Twente was Edwin Vurens de andere buitenspeler en hij voelde zich ook het prettigst vanaf links. We wisselden veel van positie."

Toch stond hij het liefst op links. "Voor mijn gevoel was ik ook een stuk sneller op links. Dat komt, denk ik, omdat je dan met je rechterbeen meteen naar binnen dribbelt en op zoek kunt gaan naar het schot. Je bent dichter bij het doel." Of dribbelaar Orjasaeter ook dreigend kan zijn vanaf rechts is voor Pahlplatz lastig in te schatten. "Dat weet ik nog niet, omdat ik hem daar nooit heb zien spelen", vervolgt hij in gesprek met Leon ten Voorde van de Tubantia. "Meestal zie je zoiets wel direct bij de aanname en het een-op-eenduel. Hoe val je een tegenstander aan? Als hij vanaf rechts komt, zal hij vaak buitenom gaan en dat betekent dat hij vanaf die plek ook een goede voorzet moet hebben."

Opinie: Wat is volgens jou de beste oplossing? Het idee van Pahlplatz of een ander alternatief? Laat het weten in de comments.