Kampioen in een dolle sfeer

De titelsong van 2010 werd er speciaal voor afgestoft. ‘FC Twente we zijn weer kampioen...’ Maar liefst 15.000 toeschouwers jubelden gisteravond in De Grolsch Veste met de beloften van Twente mee.

Er is een rode loper, de lucht is gevuld met confetti, er is champagne en uiteraard schittert de schaal in het avondlicht. Het is iets voor kwart voor negen als de hoogste baas van het Nederlands profvoetbal Bert van Oostveen de glimmende prijs overhandigt aan FC Twente-aanvoerder Quincy Promes. De Grolsch Veste explodeert van vreugde. Dankzij een zwaarbevochten 2-1 zege op FC Groningen zijn de beloften van FC Twente voor de tweede keer in de historie kampioen van Nederland. „Laat één ding duidelijk zijn: dit is de enige schaal die deze week in Enschede wordt uitgereikt”, grapt een supporter, daarmee refererend aan het duel van de grote mannen komende zondag tussen FC Twente en Ajax.

Het is mooi om te zien dat er ook bloemen zijn voor de spelers die voor de winterstop nog deel uitmaakten van de ploeg, maar nu ergens anders onderdak hebben gevonden. Ninos Gouriye ( Heracles) en Steven Berghuis (VVV) zijn er, maar ook Stefan Thesker, die tegenwoordig voor de Duitse Bundesligaclub Hoffenheim speelt, is speciaal naar Enschede gekomen. „Ik heb vandaag 450 kilometer gereden en ga zo weer terug, maar deze wedstrijd wilde ik niet missen”, zegt de dolgelukkige verdediger.

Helemaal bijzonder is de aanwezigheid van Andrej Rendla, die met dertien treffers nog altijd de topscorer is van de beloften. Rendla is op de dag van de wedstrijd overgekomen vanuit Slowakije, als een soort van eregast. Het duel is nog bezig, als hij zich op krukken in de dug-out bij Twente meldt. Even later, als de rest van de groep bezig is aan een ereronde, staat hij er een beetje eenzaam en verlaten bij. „Ik ben blij voor de jongens, maar zelf heb ik gemengde gevoelens als ik dit zie”, zegt de pechvogel, die in juli opnieuw wordt geopereerd aan zijn knie en dan voor de derde keer een revalidatie van negen maanden wacht.

De spelers van het eerste vormen na afloop in de catacomben een soort van erehaag voor de kampioenen. Iedereen is allang in de kleedkamer als Patrick Kluivert onder luid gejuich arriveert. Als speler winnaar van grote prijzen, maar nu voor het eerst gelauwerd als coach. „ Ja, we zijn de terechte kampioen. In de winterstop hield ik wel even mijn hart vast toen we zoveel kwaliteit verloren ( Gouriye, Rendla, Berghuis, Thesker), maar de jongens die achterbleven hebben het perfect gedaan. En als je dan in zo’n entourage kampioen mag worden, is dat schitterend.”

15.000 mensen bij een duel van de beloften... de sfeer in het stadion is op deze avond eredivisiewaardig. „ Zoveel mensen komen er niet eens bij het eerste van Roda”, zegt een verbaasde Willem Janssen tegen Wesley Verhoek. „Nou ik kan je zeggen, bij ADO ook niet”, reageert Verhoek. Kluivert gebruikte dit seizoen 35 spelers. Een tweede team is nou eenmaal opleidingselftal en opvanghuis voor eerste selectiespelers tegelijk. Zo doen in de kampioenswedstrijd spelers als Denny Landzaat en Nicky Kuiper ritme op, terwijl er ook plek is voor de jeugdpelers Joey Pelupessy, Chris David en Cas Peters.

Een van de jongens, die ondanks alle mutaties vrijwel alles speelde is rechtsback Thijs Bouma. „Ik voelde me gelijk thuis in het stadion, als je eenmaal in deze sfeer hebt gespeeld, dan wil je nog maar een ding: basisspeler worden bij Twente”, aldus de verdediger.

Landzaat en Kuiper zitten dan allang in de bus naar Delden waar het eerste op trainingskamp is. Voor hen geen feestje. „Maar deze titel zet ik wel mooi op mijn cv”, lacht Kuiper.

Bron: TCTubantia